Korte verhalen

Zet ook uw verhalen op 1001KorteVerhalen.nl

Heeft u nog geen account? Meld u gratis aan!

Print dit gedicht

niet verwacht, je bent geweldig (deel 2)

Ro: Kan je dit alles verklaren
Mel: nee, wat is ze mooi hè!
Ro: ja, heb je de muts nog
Mel: ja
Ro: zoek Saar straks op
Mel: hoezo
Ro: ze heeft hem niet voor niks aan je gegeven.. Ze wilt je spreken
Mel: weet je het zeker
Ro: ja, en bedank haar gelijk van me
Mel: oke
Ro: mooi, doei voordat Meneer Plaag dit aan de klas voor gaat lezen : p en succes !
Mel: haha doeg J


Wauw... Wat is ze toch ongelofelijk mooi. Met gesloten ogen trommelt ze, met handen en voeten, geconcentreerd mee op haar muziek. Krullen deinen mee op het ritme. De zon valt als een dekentje over haar heen. Wolken stapelen zich op. Vogeltjes fluiten. De wereld ziet er mooier uit met Saar er in.
Ze zit op het muurtje naast de school. Leunend tegen het schoolgebouw, met een koptelefoon op.
Er lopen een paar jongens langs me. Ze fluisteren, starend naar Saar.
‘Is dat Saar?!’
‘Nee joh, die heeft altijd een muts op.’
‘Ja daarom.’
‘Wow.’
‘Heb je niet gehoord wat er in de aula is gebeurt?’ de andere jongen knikt dat hij het niet weet. ‘Saar nam het op tegen Daan en toen trok ze haar muts van haar hoofd en gooide hem naar een meisje toe.’
‘En toen?’
Ze zijn al te ver weg om verder mee te kunnen luisteren. Vlug draai ik me om. Ik deed er een poosje over om haar te vinden. Nu geef ik de moed gelijk op. De muts stop ik wel in de gevonden voorwerpen bak of zo.
‘Melisse!’ en ik draai me weer om.
‘Hoi.’ weet ik nog net uit te brengen.
‘He, kom bij me zitten’ zegt Saar.
‘Je was je muts vergeten.’ zeg ik terwijl ik naar het muurtje toe loop.
‘Nee hoor.’ een ondeugend glimlachje. ‘Lukt het of zal ik je helpen?’
Ze wacht mijn antwoordt niet af, legt haar koptelefoon op het muurtje, en springt op de grond. Ze is een stuk langer dan mij dus kan ze zo op het muurtje springen. Voorzichtig zet ik me af via haar handen en kom op het muurtje terecht. Saar gaat weer tegen het schoolgebouw aanzitten, tegenover me.
‘Dankje.’ zeg ik.
‘Graag gedaan hoor.’ weer die lach. Nooit heb ik haar niet zien lachen realiseer ik me nu. Zelfs toen ze tegen over Daan stond lag er een lachje om haar mond.
‘Ook voor vanmiddag. Ook namens Ron.’ ze maakt me zenieuwachtig en stelt me tegelijkertijd gerust .
‘Iemand moest toch iets doen? Dus waarom ik niet.’
‘Ik voel me schuldig. Lexi en ik durfde er nooit iets tegen te doen.’
‘Dat snap ik. Op de basisschool was Daan ook al zo’n klootzak.’
‘Zat je met hem op de basisschool? Deed hij toen ook zo tegen jouw?’
Saar kijkt bedenkelijk weg en zegt dan ‘Ja, omdat ik anders was. Of ben eigenlijk. Hij kon dat niet accepteren en ik kon niet voor mezelf opkomen. Ik werd er heel onzeker van. Ik durfde niet meer op te vallen. Daar heb ik die muts aan overgehouden denk ik.’
Want opvallen doe je nu zeker. ‘Hoe ben je van dat onzekere afgekomen dan?’
Ik trek mijn knieën naar me toe en sla mijn armen er omheen. Dit gaat nog wel even duren.
‘Mijn ouders stuurde me naar van die cursussen waar je leert voor jezelf op te komen. Eerst geloofde ik er niet in maar na een tijdje begon het echt te werken.’
‘Mooi. Mooi zo.’ zo mooi. Zo mooi...
‘Jep, anders was ik nu niet zo geweldig geweest. Bedank mijn ouders maar.’ knipoog. Ze pakt de muts uit mijn handen en stopt hem in haar rugzak.
Ja geweldig inderdaad. Om mezelf af te lijden begin ik over iets anders.
‘Wat luisterde je?’
Ze haalt een hand door haar haren. Geschokt. Zo zou ik mezelf nu het beste kunnen omschrijven. ‘good life, one republiek. Mag ik horen wat jij luistert?’
Haar voet gaat tegen mij voet aanliggen als ze naar me toe buigt om mijn ipod aan te pakken. Ik zweer dat ik mijn hart in mijn voet voel kloppen. DE lucht tussen ons in wordt steeds minder..lucht.
‘Hier.’ lange, sierlijke vingers sluiten zich om mijn vingers. Die zijn kort en net zo blauw gelakt als haar ogen. Nu lijkt mijn hart in mijn hand te kloppen. Het slaat een paar slagen over.
Saar laat pretty brown eyes van Cody Simpson over het schoolplein galmen. De paar mensen die er nog zijn kijken geërgerd om. Dan begint ze opeens zachtjes mee te zingen met een hese, vloeiende stem en gesloten ogen.
Zo goed als ik kan sla ik dit nieuwe geluid in me op. ‘Wauw....’ mompel ik. Dat het begint te regen merk ik pas als ze haar ogen weer opent en stopt met zingen. Ik dreig te breken als ze mijn hand pakt en me terug de school in trekt.


Saar.

Ze maakt me gek. Gestoord. Maar je bent toch al gestoord?
Hoe ze vanmiddag naar me keek toen ik stopte met zingen was geweldig. Het beste wat ik me wensen kon. Ook al had ze die zonnebril op. Ik voelde het en haar mond stond een stukje open van verbazing.
Ik val al heel mijn leven op vrouwen. Mannen heb ik nooit interessant gevonden. Vrouwen zijn zoveel meer, zoveel beter. Het zijn allemaal engelen. En deze engel, mijn engel, test me. Zou ik me in kunnen houden of moet ik me gewoon een keer laten gaan. Alles vertellen en dan kijken wat er gebeurt?
Ik zou alles over hebben voor dat meisje. Ik word gek van de glinstering in haar ogen als ik naar haar knipoog. Gek van haar hand in de mijne. Gek op haar blonde haren die opstuiven in de wind. Gek op Melisse. Gestoord. Gek.
Zou ze schrikken? Zou ze me uitlachen? Of zou ze blij zijn?
Ik heb geen idee maar wil het zo graag weten.
Wat me verbaast is dat ik door haar weer op wil vallen. Die actie in aula? Dat was voor haar. En toen ik opeens begon te zingen? Helemaal voor haar.
Vanaf groep 7 loop ik al met die muts rond. Door haar vond ik het geen probleem om hem af te doen. Ik deed het zelfs met plezier. Daan heb ik al bijna een jaar niet meer gesprokken. Bang was ik. Bang om terug te vallen.
Voor haar wil ik bewijzen dat ik nog steeds mezelf kan zijn.
Met mijn hoofd nog bij Melisse begin ik een beetje op mijn gitaar te tokkelen. De worden vloeien vanzelf uit mijn mond.

Ik zie mezelf in jouw zonnebril glazen
Starend diep, diep in jouw ogen
Vraag ik me af
‘Zie jij mij zoals ik jouw nu zie?’
Beetje warrig, warme ogen, krullend
Een hoopje zomermeisje.
Snap je hoe ik me voel,
Wat er in me omgaat?

Jij, hoopje zomermeisje
Zie ik jouw zoals jij jezelf ziet?
Groener dan groener dan groenere ogen
Achter die weerspiegeling
Om in weg te kruipen,
Zonnesproetje hier en daar,
Relaxd, bijna, high.
Als je wilt zal ik je in mijn broekzak stoppen,
En voor altijd beschermen.

Ik wil duiken.
Duiken en nooit meer boven komen.
Of red je me? Of stop je me?
Ik wil niet stoppen, alsjeblieft?
Geef me een kans. Is alles wat ik vraag.

Mijn hoofd zit te vol. Te vol met mooie gevoelens en gedachtes die twijfelen. Ze snappen niet meer wat ze moeten denken. Ik weet het even niet meer dus ben ik na schooltijd gelijk naar het strandje toe gegaan. Ik weet niet wat er met me gebeurt als ik Saar zie. Als ze naar me kijkt, knipoogt, als ze Saar is. Dan wilt het ene deel van mij het liefst heel hardt haar naar schreeuwen, heel de dag, nee voor altijd, naar haar staren, aan haar vertellen wat ik voel.
En het andere deel van mij wilt het liefst heel hardt wegrennen.
Toch voelt het zo goed, zo vertrouwd, zo geweldig mooi dat ik ga twijfelen of het wel zo slecht is. Waarom reageren mensen zo raar op iemand zoals ik?
Wacht iemand zoals ik? Ja, iemand zoals ik.
Ik schrik wakker uit mijn gedachtes als ik iets hoor achter me. Het is Saar..
Ga ik nu ook al hallucineren? IK knipper met mijn ogen en ga iets verzitten. Nee, ik droom niet, ze komt op me af lopen. En begint te praten.
‘He, wat doe jij hier?’
Dat kan ik ook aan jouw vragen ‘Even aan alleen zijn.’
Ze aarzelt. Waarom zeg ik dat nou.
‘Ik ook.’ ze glimlacht. Haalt een hand door haar haar. Prachtige lach, prachtige haren. Zonder muts?
‘Kom’ ik klop op het hoopje zand naast me. ‘Laten we samen alleen zijn.’
‘Ik dacht dat je het nooit zou vragen.’
Ik lach ook. De zenuwen glijden langzaam van me af. Het is een poosje stil. Geen ongemakkelijke stilte. De wind schopt tegen onze haren. Meeuwen krijsen. De zee is woest. Ik vraag me af waarom.
Hoe kan de zee woest zijn op dit prachtige moment?
‘Je maakt me gek weetje.’ ze kijkt me aan.
IK kijk verbijsterd terug. ‘Wat?’
‘Je hoorde me wel.’
‘Ja.’ gek op een goede of slechte manier?
‘Ik moest het kwijt. Wist je het al?’
‘Wat?’ wat, wat, wat....?
‘Dat ik op meiden val?’ ze kijkt weg.
‘Nee.’
‘Dan weet je het nu.’
‘Bedoel je gek op een goede of slechte manier?’
Ze lacht weer ‘Goed, je maakt me gek op een goede manier. Maak ik jou ook gek?’
‘Weet je zeker dat je niet al gek was voordat je me kende Saar?’
‘Je maakt me al gek door alleen al mijn naam te zeggen.’
‘Mooi.’ perfect.
‘Mooi?’
‘Ja, Ik snapte het eerst niet. Jongens heb ik altijd geweldig gevonden. En toen kwam jij opeens en je liet me nergens anders meer aan denken dan aan jou.’
Ik heb haar de waarheid verteld zonder gillend weg te rennen. Ze blijft glimlachend naar me kijken als ik op mijn rug ga liggen en mijn ogen sluit. Haar blik glijd van mijn gezicht naar mijn jasje tot mijn gloednieuwe vans.
‘He, nu niet te hardt van stapel lopen he!’ ik klop op het zand naast me.
Grinnikend komt ze naast me liggen. Wie had dit zien aankomen. Leunend op haar armen kijkt ze naar de zee.
Kom ik hier om aan haar te ontsnappen, gebeurt er dit. In mijn maag vallen er wolken naar benden. De zon maakt plaats voor de sterren die wilt fonkelen. Het verbaast me dat alles gewoon doorgaat. Waarom stoppen de meeuwen niet met krijsen en blijven de golven woest?
Alles zou op dit moment stil moeten staan.
‘Weet jij hoe laat het is? Ik heb m’n mobiel niet bij me.’ vraagt Saar.
Ik haal die van mij uit mijn broekzak. ‘Shit!’
‘Wat?’ ze kijkt me bezorgt aan.
‘Het is al half 6. Om kwart voor 6 moet ik thuis zijn.’
‘De tijd gaat snel als je die met mij doorbrengt.’
‘Ik zie je morgen wel oke? Ik moet nu echt naar huis, je hebt gelijk de tijd ging veel te snel.’
Ze staat gelijk met mij op en als ik begin te rennen blijft ze staan en schreeuwt boven het kabaal van de wind uit ‘Je maakt me gek. Niet vergeten!’
Even draai ik me om ze steekt een hand op en knipoogt. Ik grijns terug. Draai me weer om. Kan deze dag nog beter?

‘Hoi mam.’ een kwartier te laat.
‘Hoi lieverd, wat ben je laat.’ ze is de was aan het uithangen als ik de woonkamer in stap. Verbaast kijkt ze me aan. Blijft kijken.
‘Wat ben je boos? Ik zal de volgende keer echt op tijd zijn.’ ze blijft me aankijken. ‘Nee hoor, ik was alleen verbaasd. Je straalt helemaal. Je verteld het me toch wel als je een vriendje hebt hè schat?’
‘natuurlijk mam.’ oh nee....

Toevoegen aan favorieten

Ingezonden door

merel14

Geplaatst op

16-05-2013

Over dit verhaal

De hoofdpersoon heet trouwens Melisse.

Geef uw waardering

Er is 4 keer gestemd.

Social Media

Tags

Liefde Pesten Verliefd

Reacties op ‘niet verwacht, je bent geweldig (deel 2)’

  • Merel, het moeilijkste van een verhaal schrijven is het weghalen van overbodige tekst. "Kill your baby" noemen ze dat zo. Probeer het eens en je verhaal krijgt zo meer 'impact'-- het pakt beter, makkelijker.

    Irene O. - 31-05-2016 om 15:31

Reageren

We gebruiken uw gegevens alleen om te reageren op uw bericht. Meer info leest u in onze Privacy & Cookie Policy.

Wilt u direct kunnen reageren zonder elke keer naam en e-mailadres in te voeren? Meld u hier aan voor een account!



Merknamen en domeinnamen eigendom van Internet Ventures Ltd - website via licentie in beheer door Volo Media Ltd