Korte verhalen

Zet ook uw verhalen op 1001KorteVerhalen.nl

Heeft u nog geen account? Meld u gratis aan!

Print dit gedicht

Een juweel van een vrouw

Hij had er weleens van gehoord: dat ze bestonden - vrouwen als juwelen, kostbare juwelen, die gekoesterd moesten worden. Hij had er geen idee van wat hij zich erbij moest voorstellen bij zijn Betty, bijvoorbeeld. Kapot-gebleekt haar, behoorlijk wijd in de taille en een stem als een cirkelzaag. Maar: het was zijn Betty.
Beiden midden de 40, de twee kinderen uitgevlogen. Nooit klagend, huisje schoon, avondeten op tijd op tafel, en - als hij ervoor in de stemming was - dan werd er nog wat gefrommeld in de slaapkamer. Wie wie frommelde, nou dat doet er toch niet toe? Zo was hij een gelukkig mens.
Roemde haar bij zijn maats bij de biljartclub, de dartsclub, bij de bowlingclub, oh hij was een actief lid bij allemaal. Nee, Betty bleef liever thuis - die was niet zo sportief, niet als haar Roy.
‘Dat wijfie van mij, weet je wel, da’s een juwéél man, echt een juweel van een wijfie.’ En iedereen benijdde Roy. En Betty? Zij haatte hem.

Betty heette Beatrice toen ze Roy leerde kennen op de universiteit. Bij haar was het liefde op het eerste gezicht, bij hem op het derde gezicht, pas toen hij hoorde dat ze er warmpjes bijzat. Hij vond haar erg aantrekkelijk, alleen jammer dat ze niet blond was. Hij viel juist hevig op blond. Bij hun eerste officiële afspraak verraste zij hem met platinablonde krullen en hij was óm. Dat ze uit een gegoede familie kwam paste precies in de plannen die hij had voor zijn toekomst. Arm waren zijn ouders zeker niet, maar beiden werkten om hem te kunnen laten studeren. Hijzelf had ook een baantje en kocht alleen iets wanneer hij ervoor gespaard had, of noemde het terloops aan Beatrice, die het dan voor hem kocht. Hij was panisch voor schulden, zo zei hij altijd.
“Doe maar normaal, dan doe je gek genoeg” was zijn motto en daaronder viel ook de naam Beatrice. Ze werd Betty en had een hekel aan die naam. Gelukkig noemde hij haar zelden zo. Hij was een man van bijnaampjes, blondjes waren voor hem “lekkertje” of “snoepje”, en hij kwam ermee weg omdat hij nu eenmaal een verdraaid knappe kerel was. Atletisch, breed in de schouders, het iets te lange haar kastanjebruin. Charisma en het talent om situaties naar zijn hand te zetten op een manier die het deed lijken of het idee van de ander kwam. Zou je hem een manipulator hebben genoemd, dan zou hij dat onacceptabel hebben gevonden, een belediging. Hij had het geluk aan zijn zijde, zo zag hij dat.
Betty, die hem nu goed kende - al drie jaar verkering en de verloving aanstaande - voelde zich af en toe wat ongemakkelijk bij al dat geluk aan de zijde van haar Roy maar, nog steeds zo heel erg verliefd, enige kritiek die ze voelde werd snel vergeten.
Betty’s familie begon voorzichtig feestelijkheden te plannen en Roy ging behoedzaam in de oppositie.
De financiën van zijn ouders waren uitgeput; voor zijn laatste studiejaar hadden ze een tweede hypotheek moeten nemen. Geld voor én een verlovingsfeest en daarna een trouwfeest, zou er niet zijn. Zelfs geen geld voor tickets van New Jersey naar Miami, de plaats waar Beatrice’s familie al zo’n tweehonderd jaar woonde. Nee-nee, alles door haar familie laten betalen? Geen sprake van. Dan maar een paar jaar wachten en sparen. Wel, het geluk was weer aan zijn zijde: Betty bleek zwanger en er zou ráp getrouwd moeten worden. Las Vegas? Nee, te gewoon. De familie slikte en schikte: tickets naar Hawaï, trouwen op het strand en een week in een hotel. Een goed hotel, uiteraard. Haar trouwjapon was een gekleurde omslagdoek. Bloemenkransen rond haar nek en op haar hoofd een toefje kleine orchideeën. Betty miste haar familie vreselijk. Roy zei haar dat hij geen huilende bruid wenste.
Het paar vestigde zich in New Brunswick, in New Jersey, waar op een mooie dag in september hun zoon werd geboren. Roy, die altijd het geluk aan zijn zijde had, noemde hem Luke, roepnaam Lucky. Roy had zijn kantoor aan huis, een administratiekantoor. Betty hielp een handje mee, maar had dat eerder vol aan Luke en het huishouden. Ze had graag zelf een baan gezocht, maar Roy hield haar liever thuis. Voor het geld hoefde Betty ook niet te werken: grootmoeder Beatrice was overleden en een riant bedrag was in een fonds gestort dat iedere verjaardag van haar naamgenote een mooie som geld uitbetaalde.
Roy meende dat het verstandig zou zijn hun huurhuis te vervangen door een koophuis en, om rustig te kunnen werken, een apart kantoor in het stadje. Had Betty soms ook nog wensen? Nee? Of toch: gezellig op haar verjaardag uit eten. Liever niet zeg, zo lastig met die kleine. Betty kreeg een bos gele rozen en een klap op haar achterwerk, dat al niet zo strak meer was als vroeger. Er werden spareribs besteld en die avond kreeg Betty voor haar verjaardag dank-je-wel seks.
Negen maanden later werd hun dochter geboren. Betty stelde voor haar Monica te noemen, naar haar moeder, en Roy had geen bezwaar. Die naamgeverij leverde tenslotte ooit nog eens iets op.
Intussen woonde het gezinnetje in een huis met vier slaapkamers en twee badkamers, en had Roy een kantoor in de stad, compleet met secretaresse. Hij voelde zich een oprecht gelukkige man. Hij werkte hard, zeker, had een paar avonden in de week ontspanning nodig, dat hij vond bij biljart-, darts- en bowling clubs. “Jongens onder mekaar”, een biertje of wat, een hap eten in de stad of later die avond door Betty geserveerd uit de oven. Zij, die was opgegroeid met het mondaine van de countryclub die haar familie frequenteerde, verpieterde. Iedere poging om “samen” eens wat te ondernemen werd afgedaan met: te veel werk, zoek een leesclub of zo, ga breien, je hebt je kinderen, je huis. Haar onvrede stopte ze diep weg.

Iedere verjaardag werd met spanning afgewacht. Ja, die van Betty, uiteraard. Ook Lucky en Monica wisten het: alles wat je wilt kan je krijgen wanneer je moeder jarig is. Ach, Betty kon dat wel begrijpen, kinderen hebben altijd wensen, groeien uit hun fietsen, krijgen hun eigen kledingwensen, willen op clubs, studeren. Ze gaf graag, maar ieder jaar was het alsof het geven haar minder blij maakte. Ze voelde zich soms als een sprekende pop, napratend wat een ander voorzei. Wat ze moest zeggen beviel haar vaak niet. Ze besefte op een dag dat ze wellicht wel van haar gezin hield, maar geen van hen aardig vond. Het was op dat moment dat ze besloot dat zij eens aan de beurt zou komen. Bevestiging kreeg ze toen duidelijk werd dat Roy er in de stad een tweede gezinnetje op nahield. Betty kwam nooit op het kantoor van Roy, tot er een politieauto voor het huis stopte en haar verteld werd dat Roy in het ziekenhuis lag, dat hij een ongeluk had gehad op zijn kantoor - van de trap gevallen en een been gebroken, maar dat zijn vrouw al bij hem was. Ze stapte in haar auto, reed naar het ziekenhuis en vond een zwangere secretaresse naast haar Roy's bed, met een dreumes met kastanjebruin haar op haar schoot. Geen van de drie sprak een woord, totdat de dreumes vroeg: ‘Papa, wie is dat?’

Het duurde een aantal maanden voordat Betty - schijnbaar - vrede kreeg met de situatie. De secretaresse kreeg een miskraam, nam haar zoon mee, en een afkoopsom. Betty was net weer jarig geweest, dus dat kwam goed uit. Roy probeerde te lijmen en leek erin te slagen. Betty echter, wachtte en plande. Haar charismatische echtgenoot prees haar: ‘Ze is echt een juweel van een vrouw. Nooit klagen, nooit moeilijk doen; ik ben een gelukkige man, kerel.’ Toen moeder Monica het hoofd neerlegde en een belangrijk legaat naliet, was dat niet voor haar naamgenote maar voor haar dochter Beatrice. Die verzweeg zowel het overlijden van haar moeder als het legaat. Ze bekeek zich in de spiegel en zag wat anderen al langer zagen: onverzorgd, zeker 20 kilo te zwaar, onelegant gekleed. Ze was midden de 40 en er zat nog zoveel leven in haar, opgespaard uit de tijd dat ze geen leven hád.

Ze vertelt hem niets - maar laat een bericht achter: “Moet onverwacht naar Miami voor een familiezaak, neem nog contact op.” En inderdaad, na drie dagen belt ze hem op: het kan nog even duren. Hij vraagt of er iemand op sterven ligt - en zij weet dat hij weer aan geld denkt. Nee, deze keer dus niet.
Ze belt met haar kinderen die geen van beiden de behoefte hebben om te weten waarom ze dan wel in Miami is, en om wie het gaat. Ze beseft bitter dat geld twee karakters heeft weten te verzieken. Twéé? Nee: drie. Ze was er zelf schuld aan, beseft ze. Weet ook dat ze alle drie heeft meegegeven wat ze kon, dat elk op eigen kracht verder zal moeten kunnen. Met dat weten kwam vrede én de beslissing over de rest van haar leven.

Twee van haar broers neemt ze in vertrouwen. Nee, Ze spaart zichzelf niet. Plannen worden gesmeed en een - eeuwenoude familie, zo gerespecteerd - kan wel het een en ander voor elkaar krijgen.

In New Brunswick wordt het bericht met ontzetting ontvangen. Ja, de Everglades, maar wat deed ze daar dan? Hoe kon het dat ... ook de politie stond voor een raadsel, maar ja, “de Glades” een lekke band, geen telefoon, alligators, wat bloed gevonden maar verder geen bewijs. Geen stukje vel, geen plukje haar. Een inderdaad, het Beatrice-fonds hield op uit te betalen, er was nooit een erfgenaam benoemd.

- o -

Het is mild in Toscane, het kleine huis is comfortabel en koel in de zomer. Dikke muren en olijfbomen rondom. Tegen die muren bougainville in alle kleuren van de regenboog. Zij zit op het kleine terras in de schaduw. Een mooie vrouw, tegen het eind van de 40, het haar donkerblond met hier en daar een grijs draadje. Haar jurk is van een eenvoud die bij haar past -- een soort kaftan, wat breder in de schouders, de mouwen uitwaaierend; de lichte stof beweegt mee met ieder zuchtje wind. Ze noemt zichzelf Tricia, en haar buren menen dat ze uit Engeland komt; haar stem is laag en warm. Op haar eigen bescheiden manier heeft ze zich een plaats verworven in het dorp - geeft Engelse les aan een paar jonge mensen, kan prachtig tekenen en schilderen en men kan zien dat ze daar vroeger voor geleerd heeft.

Ze mist niemand uit haar verleden. Haar verleden kocht ze vrij voor het heden. Oh zeker, aan dat verleden denkt ze nog weleens, maar zonder schuldgevoel. Het was volbracht, het was volledig betaald. Ze neemt een slokje wijn uit het kristallen glas, ze heft het en de avondsterren blinken in het diepe rood: ‘Op mij!’, zegt ze in gedachten, 'ik heb het verdiend.’

Toevoegen aan favorieten

Ingezonden door

Irene O.

Geplaatst op

07-12-2016

Over dit verhaal

Je kuhnt zorgen tot je scheel ziet, maar er kómt een dag ...

Geef uw waardering

Er is 5 keer gestemd.

Social Media

Tags

Vergelding

Reacties op ‘Een juweel van een vrouw’

  • Wrang verhaal, maar goed verteld Als je een leuk verhaaltje wilt horen over een goed huwelijk met een Beatrice dan zou je op youtube het verhaal 'Der Wasserhund' van Albert Vigoleis Thelen (hij vertelt het zelf) moeten opzoeken, overigens heeft die Albert ook een geweldig boek geschreven 'Het eiland van het tweede gezicht 'een aanrader. Groet Guido .

    guido van geel - 12-07-2017 om 21:34

  • Dank je Guido. Het ontbreekt mij nu aan tijd .. vandaag is mijn 3e boek beschikbaar gekomen. "HIER"- een verhaal van een kleine exodus van een buurtschap onder de rook van Plymouth - mid-17e eeuw. Boekscout vraagt dan veel inzet van de auteur ... Ik houd je advies in beraad. Graag zelfs. Irene.

    Irene O. - 21-07-2017 om 14:19

Reageren

We gebruiken uw gegevens alleen om te reageren op uw bericht. Meer info leest u in onze Privacy & Cookie Policy.

Wilt u direct kunnen reageren zonder elke keer naam en e-mailadres in te voeren? Meld u hier aan voor een account!



Merknamen en domeinnamen eigendom van Internet Ventures Ltd - website via licentie in beheer door Volo Media Ltd