Het vergeten kind, deel 2

Een paar seconden stil te zijn geweest rent hij weer het park in! Verbaasd staat de medewerkster hem na te kijken en ook andere bezoekers, hij vast wel naar zijn ouders gaan denkt ze. Op een bankje gaat Jasper zitten en kijkt rond, hij mist zijn ouders en wilt heel graag naar huis. Naar volwassen gaan durft hij niet vooral door wat er net gebeurd is, bezoekers van het pretpark kijken hem aan maar spreken hem niet aan.
In bus twee is het gezellig, de oudere Jasper kan het heel goed vinden met de kinderen die in de bus zitten die jonger zijn dan hem. Bus twee zitten kinderen met de leeftijd van zes en zeven jaar, bus drie waar de oudere Jasper in zat zitten kinderen in de leeftijd van acht en negen jaar.
“Jasper, is deze jas echt niet van jou. Dacht je vanmorgen gezien te hebben met deze jas aan,” zegt een leidster terwijl ze de jas van de jonge Jasper omhoog houd. “Ook staat er Jasper bij naam.”
“Dat is mijn jas niet want die zit in mijn tas,” zegt de oudere Jasper. Daarna kijkt hij in de tas van de jongere Jasper maar daar zit natuurlijk geen jas in, “weet zeker dat ik mijn jas in de tas heb gedaan!”
Zuchtend geeft de leidster de jas aan hem, “denk dat deze jas wel van jou is. Bij je houden, straks als we terug zijn kijken we wel verder met je ouders erbij.”
Na een tijdje gezeten te hebben gaat de jongere Jasper toch weer zoeken, zijn maag knort en ondanks een warme vest trilt hij van de kou. Het is vreemd dat geen een bezoeker, medewerker of medewerkster van het pretpark merkt dat hij alleen is. Huilen doet Jasper niet, dat is voor kleine baby’s denkt hij. Dan ziet weer een gebouw waar een grote patat zak op een bord staat, zijn maag begint harder te knorren. Nog wel een beetje bang gaat hij in de rij staat, precies achter een gezin met vier kinderen.
“Jonge man aanpakken en bij de vader van Michel zitten,” zegt opeens de mevrouw die voor hem liep. “Hallo daar aanpakken," zegt nog een keer.
Jasper pakt een bakje met patat aan die hij van de moeder kijkt, verbaasd kijkt hij rond en weet even niet wat hij moet doen. Snel loopt hij dan maar naar buiten en gaat achter het gebouw zitten in de bosjes, daar smikkelt hij van het patatje.
Ondertussen bij de moeder staat een jongetje die wacht op zijn patatje, maar die is natuurlijk met Jasper mee.
“Je hebt al,” zegt de moeder tegen hem. Het jongetje staat haar aan te kijken en schud nee, “heb je net toch een bakje met patat geven Klaas?” Die begint zachtjes te huilen omdat hij nog niets heeft, de moeder kijkt naar haar gezin en het gezin waar het jongetje bij hoort. “Weet toch zeker dat ik je een bakje patat heb gegeven, zal wel goed zitten hier een nieuwe.”
De moeder is compleet verbaasd en bestelt een nieuwe bak patat.
Ondertussen zijn de bussen aangekomen bij het buurthuis waar de speelweek afspeelt, de ouders staan ongeduldig te wachten en ook de ouders van Jasper. Maar geen Jasper die eruit stapt, de ouders zien dan de oudere Jasper met hun zoons rode met grijze jas aan en zijn tas in zijn handen.
“Wat moet je met onze zoons jas en tas,” zegt de moeder kwaad.
Jasper kijkt ze aan, “heb ik gekregen van een leidster. Die vertelde dat dit mijn jas was, zei al dat het niet zo was mijn naam stond er in en we zouden hier kijken of het wel of niet mijn jas was.”
“Wat is jouw naam,” vraagt de moeder en roept gelijk de leiding erbij.
“Jasper,” zegt de jongens.
“Jasper zo heet mijn zoon ook,” zegt de moeder verbaasd en bang dat haar zoon niet is meegekomen.
“Zoekt u iemand,” vraagt een leidster als ze aankomt lopen.
De moeder kijkt haar, “wat denken jullie van mijn zoon die in deze bus zal zitten en jullie op zouden letten!” Dan wijst ze naar de oudere Jasper, “dit is onze zoon niet maar heet wel Jasper. Dit is onze zoons jas en tas, waar is hij en toch nog niet in het pretpark!”
Geschrokken kijkt de leidster de moeder aan en roept andere leidster erbij met de aangekruiste namenlijst, “u zoon moet in deze bus zitten want hij is aangekruist.”
De oudere Jasper trekt met moeite de te kleine jas uit van zijn naamgenoot en geeft deze aan de ouders met de tas. Paniek en vele rode gezichten van leidster beginnen zich te vormen, druk worden alle bussen gecontroleerd en nog een keer alle namenlijsten. In een bus worden de spullen van de oudere Jasper gevonden maar er staan geen naam in, maar al gauw wijst de oudere Jasper deze aan als zijn spullen.
Als Jasper weer door het pretpark loopt ziet hij een groep lopen, de kinderen van die groep hebben net als hem blauwe t-shirts aan met spelweek erop. Mijn groep eindelijk gevonden denkt hij. Snel doet hij zijn vest uit en om zijn middel al heeft hij het nog koud, dan bij de groep aangekomen mengt hij zich tussen de kinderen. Die kijken niet vreemd naar hem als vreemde tussen de groep, zelfs een jongen begint te praten met hem over stoere attracties en piraten. Bij een grasveld stopt de groep en een voor een worden de kinderen geteld.
“22,” zegt een mevrouw als ze Jasper telt. "Even wachten," Jasper wacht terwijl de mevrouw hem van teen tot kruin bekijkt." Daarna moet hij gaan zitten bij de groep.
Na de telling worden de rugzakken en jassen van de kinderen uitgedeeld, “Sem van der Laan.” Wordt er geroepen maar geen kindje reageert, ‘Sem van der Laan even reageren!”
Nog geen kindje en de leidsters kijken elkaar, ze delen maar alvast de rest van de spullen uit. Als ze klaar zijn kijken ze rond en zijn Jasper die zonder tas en jas zit, “jongeman als we je naam noemen dan reageren. Je hebt nog geen banaan in je oren!”
Jasper kijkt naar de jas, “deze jas en tas is niet van mij!”
“Weet je het zeker? Even kijken of er een naam in staat,” zegt de leidster en kijkt in de jas en tas. Maar geen naam, “geen naam. Weet je het echt zeker dat dit je jas en tas niet is en hoe ziet zien ze eruit.”
“Rood met grijs en blauwe tas,” zegt Jasper.
De leidster neemt de jas en jas mee en vraagt aan de andere leidsters of ze weten waar zijn spullen zijn maar die weten het natuurlijk niet want Jasper hoort niet bij hun groep.
Als alle kinderen hun spullen hebben houd de leidster de jas en tas omhoog, “wie heeft er een verkeerde jas en tas bij zich. Een rode met grijs en blauwe tas zoeken we!” Roept ze duidelijk naar alle kinderen.
Geen een kind heeft een rode met grijze jas en blauwe tas. “Volgens mij is dit wel je jas en tas en ben je een beetje in de war Sem,” zegt de leidster.
Jasper kijkt haar aan,“ juf heet geen Sem maar Jasper.”
“Jasper grapjas, daar trappen we niet in en we zullen je echt niet verwisselen met je tweeling broer die thuis is. Nu klaar en over,” zegt de leidster streng.
Sem had een tweeling broer maar die heet geen Jasper, de tweeling heet Joost. Joost mocht niet mee met het uitje omdat deze straf had omdat hij kattenkwaad had uitgehaald. Vanochtend probeerde de jongens van plek te verwisselen, zodat Joost mee ging en niet Sem.
“Maar heet echt Jasper,” zegt hij met volle overtuiging.
“Sem klaar hoor je, wil er niks meer overhoren. Spelletje is over, nu je brood eten en drinken! Echt jullie zijn duidelijk tweelingen met dezelfde kattenkwaad,” zegt de leidster.
Jasper is in de war maar durft er niets meer over te zegen, als hij boterhammen ziet met pindakaas en boterhammen worst is hij het snel vergeten. De echte Joost was nog in het pretpark en net als Jasper de groep kwijt en erop zoek naar. Na de broodjes moeten de kinderen hun jas aan doen en Jasper doe maar de jas aan die hij gekregen heeft, ondertussen is ook de echte Joost aankomen lopen. Hij ziet Jasper met zijn jas aan en zijn tas in Jasper zijn handen.
“Dat is mijn jas en tas,” zegt hij op een dreigende en kwade toon. Jasper kijkt hem aan en is gelijk niet meer te zegen, “juf!” Roept Joost heel hard.
“Wat is er jongeman,” zegt een mevrouw.
Joost wijst Jasper aan, “hij heeft mijn jas en tas.”
De mevrouw is even in verwarring, “jouw jas? Wat is jouw naam dan jongeman.”
“Joost en mijn broer heet Sem," zegt de jongens nog steeds boos.
De leidster kijkt beide jongens aan, "dan hoor jij niet bij onze groep en wat is je naam. Kom jas uit van Joost en die geven aan hem net als zijn tas, dan met mij meekomen."
"Jasper wat ik al zei," zegt hij snauwend.
Jasper doet de jas uit en na het gegeven te hebben met de tas loopt hij mee met de leidster, die doet haar verhaal eerst bij de andere leidster. Geschrokken en na het verhaal van Jasper te hebben gehoord brengt de leidster hem naar de kassa om zijn groep op te roepen, al is deze allang weg.

© Copyright ammele

Ingezonden door

ammele

Geplaatst op

28-12-2014

Over dit verhaal

Het verhaal gaat over Jasper die vergeten wordt door de spelweek organisatie tijdens een uitje naar een pretpark.

Tags

Kind Pretpark Vergeten