Korte verhalen

Zet ook uw verhalen op 1001KorteVerhalen.nl

Heeft u nog geen account? Meld u gratis aan!

Print dit gedicht

Herinneringen van Kaïn

Ik ben nu oud, mijn handen zijn krom en het zwart van de grond komt niet meer uit mijn eelt. Het eelt van een leven lang eerlijk werken voor ons dagelijks brood, voor mijn vrouw en kinderen. Al mijn jaren heb ik mijn vee beschermd tegen de vijanden uit de wildernis. Veilig speelden de biggen rond de zeug en veilig dronk het kalf bij de koe. Zij gaven ons vlees en kaas.
Dit land heb ik vruchtbaar gemaakt, honger hebben wij niet gekend. Groenten, granen en kruiden groeiden weelderig in onze goed bevloeide tuinen en akkers, alles was er in overvloed.
Groot en sterk zijn nu mijn zonen, zijn mijn dochters. Maar mijn vrouw, heerst nog over huis en hof en ik beheer nog de akkers en de wei- en hooilanden. Ik zie nu de vruchten van mijn lendenen werken op mijn landen, en dank mijn God, de God van de zwarte Aarde, de Heer van de boeren.
Lang geleden vluchtte ik uit het woeste land van mijn vaderen waar schapen en de geiten de grond uitputten en de woestijn groeide en ons bedreigde. Herders met hun kuddes zijn als een plaag, zij belagen de velden en trekken weer verder als de sprinkhanen. Waar zij komen volgt de woestijn, de blik van de herder gaat steeds naar de nieuwe einder om daar te nemen wat zich niet verweren kan of om er als een parasiet te roven. Mijn buigen naar de aarde werd door hen veracht, mijn zwarte handen geminacht, als een onreine werd ik, de boer bejegend door de kijkende, de staande herders.
Ik weet nog dat hij naar mij toe kwam mijn broer Abel, de herder, groot en sterk als een zwaardvechter, als de heer van het wereldrijk, en een bloedend lam bungelde aan zijn hand, hij wilde het ruilen voor mijn wijn. Maar ik zei hem dat hij welkom was en mijn wijn mocht drinken maar zijn lam wees ik af. Hij was mijn broer geen vreemde, met mijn broer wenste ik niet te handelen, hij kon alleen mijn gast zijn. Maar hij was te trots mijn wijn aan te nemen en ging heen.
Zo ontstond de vijandschap tussen mij en mijn broer, de boer en de herder. Maar weet, dat ik niet het werk van de herder heb vervloekt, ik heb zijn eten niet onrein verklaard. Maar waar de boer werkt ontstaat een oase in de woestijn, de woestijn waaruit de afgunst waait. Ik heb mijn broer niet verdreven, ik ben verjaagd uit het land dat ook het land van mijn vaderen was. Ik werd er uit verjaagd met mijn jonge vrouw en onze eerste zoon. En nog daarna achtervolgde hij mij en toen heb ik me verweerd, hij vervloekte mij bij zijn god, de god van de woestijn, de onbarmhartige god, de na-ijverige god, zijn onverdraagzame god. Het herdersvolk verwijt mij sindsdien mijn broer te hebben gedood, maar ik ben geen broedermoordenaar, ik stelde mij alleen te weer, ik bevocht mijn vrijheid uit zijn greep en vluchtte naar de verre woestenij. Daar weende ik in onze eenzaamheid en de Aarde, mijn God, nam mijn tranen aan als offerande en riep mij boer te zijn en zijn aarde gaf ons te eten.

Guido van Geel

Toevoegen aan favorieten

Ingezonden door

guido van geel

Geplaatst op

12-05-2015

Over dit verhaal

'Onrein', zei de prediker en de dood wette zijn zeis.

Geef uw waardering

Er is 1 keer gestemd.

Social Media

Tags

Guidovangeel Haat Kainenabel

Reacties op ‘Herinneringen van Kaïn’

Er zijn nog geen reacties geplaatst bij dit verhaal, een reactie plaatsen kan hieronder!

Reageren

We gebruiken uw gegevens alleen om te reageren op uw bericht. Meer info leest u in onze Privacy & Cookie Policy.

Wilt u direct kunnen reageren zonder elke keer naam en e-mailadres in te voeren? Meld u hier aan voor een account!



Merknamen en domeinnamen eigendom van Internet Ventures Ltd - website via licentie in beheer door Volo Media Ltd